Het leven in de midden-steentijd
Het leven tijdens de midden-steentijd verplaatst zich de hele tijd. Mensen reizen van plek naar plek om te jagen, vissen en planten te verzamelen. Veel van dat leven speelt zich af langs het water. Daar is het meeste eten te vinden.
Bij oversteekplaatsen wordt op oerossen (1) gejaagd. In het water worden barricades geplaatst om vis naar fuiken en visplekken te dwingen. De mensen wonen in een kamp op de hogere delen in het landschap. Hier wordt vuursteen (2), gewei en bot (3) bewerkt tot gereedschappen en wapens en eten klaargemaakt. Op deze prehistorische kampeerplaats wordt zelfs water gekookt, door hete stenen (4) in een kuil met water te gooien.
De mensen zijn niet alleen maar bezig met overleven. Het bestaan zit vol met mythische verhalen en rituelen. Waarschijnlijk speelt het edelhert hierin een hoofdrol. De schedels van edelherten (5) worden gebruikt om magische rituele maskers mee te maken. Uiteindelijk worden die maskers geofferd.